‘Vang mijn tranen op in uw kruik’ – zondag van de voleinding

23 nov

Op zondag 23 november 2014 is het de laatste zondag van het kerkelijk jaar. Het is om verschillende redenen een bijzondere zondag. Volgende week zondag begint het nieuwe kerkelijk jaar met advent: inkeer, verstilling en verwachting. Het vooruitkijken naar een nieuw begin, naar tekenen van hoop – hoe klein en kwetsbaar die hoop soms ook kan zijn. Vier weken lang leven we toe naar Kerst, het feest van de menswording van God. We leven toe naar de geboorte van Jezus die Gods Naam in onze diepste nood en duisternis heeft gespeld. In het midden van de gebrokenheid, van ontheemding en eenzaamheid, heeft Hij het koninkrijk van God aangekondigd: het Rijk van vrede, recht en barmhartigheid.

traan

Gebrokenheid

Het is de gebrokenheid die we soms tot diep in onze ziel kunnen ervaren. Zeker wanneer we geliefden los hebben moeten laten en onze weg al wankelend en aarzelend zoeken in dat onbekende land van de rouw. Op de laatste zondag van het kerkelijke jaar  noemen we de namen van hen die ons uit ons midden in het afgelopen kerkelijk jaar ontvallen zijn. Als kerkelijke gemeenschap gedenken we. We hechten er waarde aan om ruimte te maken voor verdriet, gemis en verlies. Het noemen van de namen stelt onze overledenen present in ons midden, in de ruimte en de geborgenheid van God. Zoals we ook met het vieren van het Avondmaal ons verbonden weten door het Lichaam van Christus met allen die ons zijn voorgegaan.

We noemen zowel de namen van de overledenen als ook van de dopelingen. De doop vertelt ons van Gods genade: Gods liefde vóór alles uit. De doop tekent Gods bewogenheid en betrokkenheid: door het water van nood en dood worden wij in het licht van het leven geheven. Vanuit deze doopgedachtenis gedenken we. We mogen wandelen onder Gods hoede in het licht van het leven (psalm 56, 14). Het is een hoopvolle belofte die op ons toekomt.

Land van ellende

De dichter van psalm 56 roept vanuit een bedreiging en verdrukking tot God. ‘Wees mij genadig’. De dichter verkeert in ellendige omstandigheden. ‘Ellende’ betekent letterlijk: ‘uitlandig zijn’. Hij is een vreemdeling geworden in zijn eigen leven. Een leven dat gekenmerkt wordt door het verlangen om weer thuis te komen, ten diepste gekend te zijn. Een leven dat gekenmerkt wordt door heimwee. Heimwee naar de tijd voordat … Heimwee naar onze geliefden die er niet meer zijn. Heimwee – een pijn die snijdt door het hart.

‘Wees mij genadig, God’ – een roepen vanuit de diepte, vanuit de gebrokenheid. Een roepen als het diepst denkbare gebed. De dichter David noemt de psalm ‘een stil gebed’. Woordloos en zonder geluid kan ons roepen zijn. Maar in alles wat onzeker is geworden, in de chaos en de dreiging, weet David tot wie hij moet roepen: God! De psalm maakt ruimte voor vragen, voor woede en voor verdriet. Dat is heilzaam.

‘Vang mijn tranen op in uw kruik’

Hier in deze psalm klinkt geen goedkope troost. Geen voorbarige troost. Hier is ruimte voor het verdriet. ‘Vang mijn tranen op in uw kruik’. Dat is ondanks alles de grond onder de voeten van David, de zekerheid in zijn gebroken bestaan. Mijn verhaal is verbonden met deze God. Hij heeft weet van elke traan. Wat kunnen wij soms in stilte lijden. Hoe kunnen we ons soms verstikt voelen in verdriet. Hoeveel pijn kan er soms achter één enkele traan schuil gaan? Voor God zijn onze tranen kostbaar. Voor God mag ons verdriet bestaan. Hij troost ons – zachtjes droogt Hij de tranen van onze ogen. Een liefdevol en troostrijk beeld uit Openbaring 21. Een beeld om vast te houden op deze zondag van de voleinding.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: