Sst, u bent de patiënt

12 feb

Het was een wonderlijke ervaring. Natuurlijk had ik het al wel eens meegemaakt. Bij anderen. Bij Esther. Toen ze een periode rolstoelgebonden was, bijvoorbeeld. Terwijl ik Esther door de gangpaden van een winkel manoeuvreer, spreekt een kennis mij aan. ‘Hoe gaat het nu met Esther?’ ‘Dat is nu echt toevallig. Ik duw haar net hier naartoe, dus u kunt het gewoon aan haar zelf vragen!’ De patiënt. Daar praat je niet mee, maar daar praat je over.

oogarts

Bij de twee bezoeken aan de oogarts was ik opeens ‘de patiënt’. Een rare gewaarwording. Natuurlijk ben ik wel eens vaker ziek of bezoek ik een dokter, maar deze oogarts – kundig, druk en al wat op leeftijd – bleek veel moeite te hebben om met mij in gesprek te gaan. Het kan natuurlijk zo gegroeid zijn. Dat hij met regelmaat verwarde patiënten ziet en daarom met de begeleiders de ziekte, behandeling en medicijnen bespreekt. Voor de zorgvuldigheid, voor de zekerheid.

Ingespannen tuurt de arts door zijn instrumenten naar mijn oog. Enthousiast wenkt hij Esther om mee te kijken. Hij neemt haar in vertrouwen en bespreekt met haar wat hij heeft waargenomen. Nastaar in het linkeroog, staar in het rechter. Het is een gebruikelijke procedure om bij nastaar (dat vrijwel altijd ontstaat bij mensen die op jonge leeftijd aan staar zijn geopereerd) de hinderlijke cellen weg te laseren. Hij is blijkbaar erg in zijn nopjes met een zo heldere diagnose en duidelijk behandelplan en stelt aan Esther voor om gelijk even te laseren. Zwakjes klinkt mijn stem vanachter de apparatuur. ‘Ehm, is het niet beter om even een nieuwe afspraak te maken?’ Het komt mij nu even niet zo goed uit, ik wil ook graag even aan het idee wennen en de wachtkamer zit erg vol. Een dokter met stress spreekt mij minder aan. Een beetje verstoord geeft de dokter mij gelijk en we maken een afspraak voor de laserbehandeling.

We zijn mooi op tijd in het ziekenhuis. Esther nestelt zich met een boek in de wachtkamer, het is niet nodig dat ze mee gaat naar de behandelkamer. Als de oogarts mij binnenroept, nodigt hij ook met nadruk Esther uit om mee naar binnen te gaan. De laserbehandeling heeft wel wat weg van een computergame. De dokter schuift een glaasje over mijn oog en lasert de ongewenste cellen. Ik zie allerlei kleuren, zwarte wolkjes en wonderlijke vormen. Als hij klaar is, geeft hij mij een compliment. ‘Je hebt het goed gedaan hoor. Goed zo’. (Mijn taak was om te gaan zitten en mijn hoofd op een hoofdsteun te leggen). Vervolgens wendt hij zich tot Esther en legt uit wat hij gedaan heeft en hoe het nu verder gaat. Ik hoor dat ik moet druppelen.

Bij de apotheek besluit ik de regie weer naar mij toe te trekken. Ik geef het recept aan de apothekersassistente. ‘Hoe lang moet u druppelen?’ ‘Ehm, drie dagen?’ ‘Nee, vijf’, zegt Esther gedecideerd. ‘Het is maar goed dat ik er bij was’.

Ik moet nog een beetje groeien in deze rol.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: