De telefoon gaat. Een gemeentelid ligt in het ziekenhuis en is terminaal. Verschillende gedachten schieten door mijn hoofd. Zouden enkele weken geleden mijn gedachten alleen bij het gemeentelid en de familie zijn, nu is de eerste vraag: is het veilig?
Enkele dagen later zitten we (in zo klein mogelijke kring) om de tafel om de uitvaart voor te bereiden. We zijn verdrietig. Niet alleen om het verlies van een dierbare, maar ook om alle pijnlijke, maar noodzakelijke maatregelen om verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. Er komt geen fysieke condoleance. Er is geen gelegenheid om na afloop even samen wat te drinken en/of te eten. Er mogen maximaal 30 mensen bij de afscheidsplechtigheid aanwezig zijn – hoe moet je kiezen? Verdrietig, maar noodzakelijk.
Stil verdriet.
Een berichtje via Whatsapp. Een oudere uit de gemeente is overstuur. De instellingen gaan op slot. Er mag niemand meer op bezoek gaan. Zijn vrouw zit op een verpleegafdeling. Hij woont nog in het appartement. Elke dag bezocht hij trouw zijn vrouw. Nu mag het niet meer.
Dementerenden, mensen met een niet aangeboren hersenafwijking, mensen met een verstandelijke beperking. Wat kijken ze uit naar bezoek. Ze begrijpen het niet – waarom komt er niemand? Noodzakelijke maatregelen, maar wat een impact.
Stil verdriet.
Ik hoor van (groot)ouders die hun (klein)kinderen niet kunnen ontvangen. De eenzaamheid die met de isolatie meekomt. Ik hoor van de zorgen van ouders om hun kinderen die werken op de IC of verpleegafdelingen.
Stil verdriet.
Ik hoor verhalen over de ingrijpende gevolgen van het coronavirus – we zijn het verplicht aan elkaar om alles in het werk te stellen om de verspreiding van het virus tegen te houden.
En toch – en toch hoor ik van een God die trouw is. Dat we een anker hebben als we heen en weer worden geslingerd op de golven. Dat we een God hebben die met ons mee optrekt op onze levensweg, zelfs al gaat onze weg door een dal van diepe duisternis – God is daar.
Het licht van Pasen valt op ons. Dat is onze zekerheid. Onze omstandigheden veranderen voorlopig misschien niet. Maar in hoe we ons verhouden met wat op ons toekomt, opent zich de ruimte van Gods ontferming, en ontvouwt zich de hoop.
Wat is er veel stil verdriet. In psalm 56 lezen we dat God ál onze tranen ziet en opvangt. Kostbaar in zijn ogen. We zijn niet alleen.
Stil verdriet, maar niet alleen.
Geef een reactie