Schoorsteenbrand

13 mei

Het was zo’n dag in juni. Het was nog vroeg. Onze zoon was een jaar of vijf, zes en altijd lekker op tijd wakker. En zo zaten we samen om iets over zes aan het ontbijt. Mijn ogen zaten nog half dicht. Het was laat geworden gisteren. Ik was in die tijd druk bezig met mijn promotieonderzoek. Op de een of andere manier waren het vooral de late avonden en de stille nachten dat inzichten zich aandienden en de woorden kwamen. In die nachten voelde ik me onoverwinnelijk. De prijs betaalde ik in de ochtend.

De liefste was aan de beurt om uit te slapen, dus zo zat ik met de krant op tafel, wenkbrauwen die inzakten en indrukwekkende wallen te luisteren naar het vrolijke en niet te stoppen babbelen van onze zoon.

Zonnestralen vielen de woonkamer binnen. Het beloofde een prachtige dag te worden. De masten van de boten in de haven klepperden uitnodigend. De zang van merels maakte de ochtend mild.

Opeens werden we opgeschrikt door een hels kabaal. Iemand bonsde krachtig op de voordeur, terwijl hij ondertussen ook aanbelde. Ik stootte de melk om en liet het bord van onze zoon op de grond vallen. ‘Hé! Hallo! Joehoe!’ riep de man bij de voordeur.

Ik herpakte me en sprong op, waardoor de stoel met een klap tegen ons elektronisch orgel viel. Terwijl ik naar de voordeur rende, gebaarde ik Sietse te blijven zitten. Met een ruk trok ik de deur open en keek in het gezicht van een man van in de veertig. Aan zijn kleding te zien was hij op weg naar zijn werk. Zijn fiets lag op de stoep.

‘Snel!’, riep hij. ‘Je schoorsteen staat in brand!’ Ik keek hem niet begrijpend aan. Mijn mond zakte langzaam open. ‘De vonken vliegen boven het dak uit, schiet op!’

Hij trekt mij de straat op en wijst naar boven. Terwijl ik op blote voeten in een verschoten T-shirt en een vale joggingbroek, met net-uit-bed-haar midden op straat naar de schoorsteen op ons dak kijk, zie ik de zonnestralen van de lichtrode ochtendzon uiteen spatten op de draaiende ventilator.

Ik kijk de man aan. Hij kijkt terug, een beetje schaapachtig.

‘We hebben eigenlijk geen open haard’, zeg ik.

‘Nou, dan ga ik maar naar mijn werk. Dag.’

‘Dag’.

Ik kijk naar de zon. Zo’n dag in juni. Het is iets na zes uur. Maar ik ben klaarwakker.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: