Het ging snel. In de eerste uren na de onthulling volgden er nog vergoelijkende opmerkingen: ‘hij bedoelde het niet zo’. ‘Het was een grapje.’ ‘Ach, een kwajongensstreek.’ Maar al snel overheersten verontwaardiging en boosheid. Van een gevierde en veelbelovende bekende Nederlander, is Bilal Wahib ineens een paria. Vandaag was zelfs te lezen dat pedojagers naar hem op jacht gaan.

Wat ik zelf het pijnlijkst vind, is dat in alle reacties en ontwikkelingen wel over en in naam van het slachtoffer gesproken wordt, maar niet met hem. Wordt hij zo niet (opnieuw) gebruikt voor visies, meningen en gewin van anderen? Daarnaast komt de heftige commotie en de scherpe toon de strijd tegen seksueel misbruik niet ten goede. Sterker nog, het past in de strategieën van een samenleving die liever geen misbruik wil zien en niet dieper naar zichzelf wil kijken. Een paar gedachten:
Het eerste is dat de handelingen van Balil Wahib verwerpelijk en schadelijk zijn. Of het een grap of een vooropgezette plan is in eerste instantie niet interessant (wel als het gaat om een eventuele strafmaat en het inschatten van de kans op recidive). Het is een ongewenste grensoverschrijding die schadelijk is voor het slachtoffer. Balil Wahib had zijn minderjarige fan moeten beschermen. Hij heeft zich geen rekenschap gegeven van zijn machtspositie, van de kwetsbaarheid van kinderen, het schadelijke van het uitlokken van seksuele handelingen en de dimensie van zoveel anderen die meekijken. Uit verhalen weten we dat de impact van sexting bijzonder fors kan zijn: het kan leiden tot een gebrek aan eigenwaarde, wantrouwen van medemensen en tot het onvermogen om nog toekomst te kunnen zien. Het vraagt om een krachtige veroordeling van de handelingen en om steun voor het slachtoffer. Er moet recht worden gedaan.
Het tweede dat opvalt is dat in eerste instantie een deel van de reacties inzetten op damage control van het merk Bilal. Als acteur, presentator en zanger liften veel belangen mee op het imago van Bilal. De eerste dag na de onthulling kreeg Bilal de ruimte om zijn spijt te betuigen. In de kringen rond Bilal werd met name generaliserend en bagatelliserend over de misbruikende grensoverschrijding gesproken. ‘Een grap’. ‘Kwajongens’. En daarin klinkt door: zijn we allemaal niet wel eens een beetje kwajongens, en maken we niet allemaal wel eens een keertje een grap die misschien net even over de rand is? En: kom op, jongens, hoe erg is het nu helemaal? Deze generaliserende en bagatelliserende reacties dienen het belang van de dader (en van de samenleving die liever niet met lastige en pijnlijke verhalen wordt geconfronteerd).
Daar komt nog iets bij, en dat is een derde gedachte. Mensen die zich schuldig maken aan misbruik, hebben over het algemeen direct na de onthulling veel spijt. Er is tijd nodig om te ontdekken of de spijt betrekking heeft op de onthulling en de ontstane commotie of op de veroorzaakte schade. Zelfs als de spijt en de erkenning van schuld terecht is, vraagt het om tijd voordat de dader de ruimte krijgt om die spijt in de media (of op welke platform dan ook) uit te spreken. Eerst zal het slachtoffer de ruimte moeten krijgen om te onderkennen wat er precies gebeurd is en wat dat betekent. Welke consequenties heeft het? Welke emoties roept het op? Het helpt niet als het slachtoffer voorzichtig boos begint te worden, dat z/hij ziet dat de schuldbewuste dader een podium krijgt.
Het was dan ook goed en heilzaam dat meerdere mensen uitspraken dat het perspectief van het slachtoffer uit het oog werd verloren en dat welke grensoverschrijding dan ook nooit onschuldig is.
Mijn laatste gedachte gaat over de woede die almaar groter en heftiger wordt richting Bilal Wahib. Het lijkt erop dat er geen enkele ruimte meer is voor hem. Niet alleen zeggen alle partners de samenwerking met hem op (vanuit welke motieven?), maar ook staan er moraalridders op die het heft en het recht in eigen hand willen nemen. Pedojagers. Dit is niets anders dan het offeren van een zondebok.
Girard heeft bijzonder interessante dingen geschreven over het zondebokmechanisme. Door de zondebok uit de samenleving te verbannen (of te doden) tracht men de veiligheid in de samenleving weer te herstellen. De onveiligheid in en de dreiging naar de samenleving wordt op de zondebok gelegd. Als deze is verdwenen, is de harmonie weer hersteld en kunnen we verder met de rest van ons leven.
Dit mechanisme ontslaat ons van de verplichting om naar onszelf en onze samenleving te kijken. Wat zijn de mechanismen onder en achter misbruik? Hoe gaan we om met lichamelijkheid, intimiteit en seksualiteit? Waar leren we over gezonde grenzen? Hoe gaan we om met macht en status? Hoe gaan we om met alle mogelijkheden die het internet biedt? Hoe maken we onze samenleving écht veiliger?
Tot slot. Goede zorg voor het slachtoffer en de strijd tegen misbruik vragen ook om een juiste omgang met daders. Dat betekent dat er recht gedaan moet worden. Er moet erkenning zijn voor wat de dader heeft aangedaan en aangericht. Vervolgens zullen we als samenleving ook dienen in te zien dat een dader meer is dan zijn daden en dat een dader ook weer terugkomt in de samenleving.
De strijd tegen misbruik vraagt om goede zorg voor het slachtoffer. En de juiste zorg voor de dader.