Tag Archives: groei

De preek was weer niets – en andere kansen om te groeien in geloof

22 okt

Een tijdje terug was er wat commotie in protestants domineeland. Paus Franciscus meldde dat een preek niet langer dan 10 minuten zou moeten duren. “Een preek is niet bedoeld om de toehoorders te kwellen, maar om hun hart te raken”, aldus de Paus.

Het is goed om met elkaar na te denken over de waarde van de preek. Hoe vaak komt de preek niet even ter sprake tijdens het kopje koffie? En daar liggen kansen! In het komend seizoen willen we inzetten op de vraag hoe we kunnen groeien in geloof en in onderlinge verbondenheid. Ik ben benieuwd wat uw / jouw ideeën, gedachten en verlangens zijn. Ik heb zelf enkele kansen op een rijtje gezet:

  1. De preek was weer niets / wat was het een fijne preek

Het was een mooie doordeweekse dag. Ik was op bezoek bij een gemeentelid. Door het open raam kwamen geluiden naar binnen die deden vermoeden dat de zomer nog lang niet voorbij was. Zonnestralen wandelden door de woonkamer. “Ja”, zei mijn gesprekspartner, “We praten niet zo snel over diepere dingen. Het kan gebeuren dat iemand zegt ‘de preek was weer niets’ of: ‘het was een fijne preek’, maar daar blijft het ook bij”.

In mijn beleving liggen hier prachtige kansen. Als iemand de preek helemaal niets vond, zit hier een verlangen of een visie achter. Degene die dit zegt, verwacht iets van een preek. Zelfs een nietszeggende preek kan een opening bieden voor een verdiepend gesprek dat ons helpt te groeien in ons geloof. In plaats van de opmerking voor lief te nemen, zouden we kunnen vragen: ‘Wat is je verlangen?’ Of: ‘Vertel eens, wat maakt een preek goed voor jou?’

(Tekst loopt verder na de afbeelding)

  • Samen koffie drinken – de ziel heeft ook dorst

De tweede kans is het koffiedrinken na de dienst. Veel mensen gaven aan dit erg gemist te hebben tijdens de coronaperiode en erg blij te zijn dat we nu weer samen koffie kunnen drinken. Toch is het goed om hier twee kanttekeningen bij te maken. Allereerst geven verschillende gemeenteleden aan dat ze koffiedrinken aan zich voorbij laten gaan. Zeker als mensen alleen zijn, geven ze aan dat ze het lastig vinden om zomaar aan een tafeltje bij anderen te gaan zitten. Vaak lijkt het erop dat elke tafel vaste stamgasten kent, die het samen zo goed hebben dat ‘nieuwkomers’ zich niet altijd welkom voelen. Het is een uitnodiging voor de gevestigde koffiedrinkers om goed om zich heen te kijken of iedereen gezien wordt en mee kan doen. In de tweede plaats geven verschillende koffiedrinkers aan dat de gesprekken na de dienst vaak een zekere mate van oppervlakkigheid kennen. De gesprekken gaan niet vaak verder dan koetjes en kalfjes. Wat zou het een kans zijn om juist na de viering onder het genot van een kopje koffie na te praten over de dienst en te vertellen wat een gebed, een woord, de zegen voor je heeft betekend. Zou het een idee zijn om op elke tafel een Kletspot met verdiepende en verbindende vragen neer te zetten?

  • Doe mee met een kring of een andere activiteit

Een mooie manier om te groeien in geloof en in verbondenheid, is om deel te nemen aan een kring of een andere activiteit. Niets is opbouwender en inspirerender dan samen na te denken over geloof en leven en om ervaringen te delen. Nu zou het kunnen zijn dat een tijdstip niet uitkomt of dat je liever over een ander onderwerp of op een andere manier over een onderwerp spreekt. Geef het aan. Er zijn vast andere gemeenteleden met dezelfde vragen en verlangens. Hoe mooi is het om samen te groeien in geloof en in verbondenheid?

  • Maak tijd in het gezin

Vaak zijn we te druk, te moe of hebben we te weinig inspiratie om in ons eigen gezin werk te maken van groei in geloof en in verbondenheid. Tegelijkertijd is het bijzonder verrijkend en bemoedigend als het ons lukt om in ons eigen gezin samen te bidden of samen te spreken over wat ons ten diepste bezighoudt. Tijd maken voor geloof en leven is verdieping van verbondenheid en zal altijd lonen.

  • Oefen in volharden

Tot slot: als groei in geloof en verbondenheid eenvoudig zou zijn, zouden we er geen aandacht voor te hoeven vragen. Het tegendeel is echter waar. Er is veel in ons leven dat ons weerhoudt om tijd en aandacht te schenken aan groei. Daarom komt het aan op volharden. Gewoon beginnen en stug volhouden. Israël was op weg naar het Beloofde Land, maar moest eerst 40 jaar door de woestijn trekken. Een hele generatie zou sterven en niet zien waarom die woestijnreis nodig was. Toch hielden ze vol. Misschien zullen ook wij niet zien waarom we volhouden en volharden. Maar we doen het in vertrouwen op God. We doen het in de overtuiging dat we iets door te geven hebben aan onze jongeren. We doen het in de hoop dat de toekomst van God is.

Is de kerk niet beter af zonder dominee?

21 mrt

Kerk in zwaar weer

De negatieve berichten over de kerkelijkheid in Nederland volgen elkaar in hoog tempo op. Vrijwel alle kerkgenootschappen hebben te maken met een dalend ledenaantal. De mainstream kerken vinden niet of nauwelijks gehoor bij de jongere generaties. Ambtsdragers in de Protestantse Kerken vergrijzen. Honderden Katholieke en Protestantse kerkgebouwen zullen hun deuren moeten sluiten. En ondertussen lukt het ons als Protestantse Kerk in Nederland maar niet om een passend antwoord te vinden op de geweldige uitdaging waar we ons voor geplaatst zien.

Waardevolle ervaringen

Natuurlijk, er is ook die andere kant. De ‘kleine’ verhalen. De goede pastorale gesprekken, de uitvaartdienst die ondanks alles toekomst heeft geopend. Een kerkelijke viering die een verandering heeft bewerkstelligd. De maatschappelijke bewogenheid van de plaatselijke kerk. En daarnaast: er is een uitstekende, enthousiasmerende en bewonderenswaardige missionaire beweging op gang gebracht vanuit de landelijke kerk. De twee missionaire rondes, en het initiëren van 100 pioniersplekken zijn prachtige initiatieven die hopelijk ook tot een hernieuwd elan zullen leiden.

schaap

Zorgen om de toekomst

Maar in veel plaatselijke kerken wordt er ondertussen geworsteld met een gestage terugloop in het kerkbezoek, toenemende moeite om vrijwilligers te vinden, een zeker gemis aan enthousiasme en een verslechterende financiële positie. Dit heeft drie ernstige gevolgen: allereerst een verlies van energie. De mensen die zich wel bekommeren om de geloofsgemeenschap zien hun inspanningen niet beloond. Hoe hard ze ook lopen, ze kunnen het tij niet keren. Daarnaast is een logische reflex om wat er nog beschikbaar is aan middelen en menskracht in te zetten om te redden wat er nog te redden valt aan de geloofsgemeenschap. Tot slot: wanneer een gemeente zo worstelt, is het geen aantrekkelijke gemeente om lid van te worden. Zoekers kijken om het hoekje en als ze leeftijdsgenoten missen of ontdekken dat het ontbreekt aan enthousiasme, zullen zij niet snel deel willen uitmaken van die gemeenschap. Een negatieve tendens stoot potentiële leden af.

Nieuwe kansen: waartoe zijn we als kerk geroepen?

Tegelijkertijd biedt deze ontwikkeling ook nieuwe kansen. We worden uitgenodigd om ons opnieuw en grondig te bezinnen op de vraag waartoe we als geloofsgemeenschap geroepen zijn. De kerk mag nooit doel in zichzelf zijn, maar zou een middel moeten zijn om mensen te ondersteunen om vorm te geven aan hun relatie met God. Kerk is een middel om mensen uit te nodigen in de ruimte van God op adem te komen, om handen en voeten te geven aan het Koninkrijk van God. Vormen en organisaties zijn nooit heilig geweest, dus we worden uitgenodigd om onze gewoonten, gebruiken en handelen langs de meetlat van het koninkrijk te leggen.sloop kerk

Heilige huisjes: predikant faciliteert ontkerkelijking?

Wanneer heilige huisjes mogen worden afgebroken, is het ook zinvol om ons te bezinnen op de rol en taak van de predikant. Het lijkt erop dat predikanten op twee manieren het proces van afnemende betrokkenheid van gemeenteleden vergemakkelijken. Weliswaar tegen wil en dank, maar ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat de inspanningen van predikanten op termijn averechts werken. Allereerst drukken de predikanten het zwaarst op de begroting. Het betekent dat het meeste geld dat wordt opgehaald met de Actie Kerkbalans binnenkerkelijk wordt aangewend. En dus ook de meeste energie. Niet dat dit perse een keuze is van de predikant. Van ons wordt verwacht dat we preken, pastoraat verzorgen, kringen starten, vergaderingen bijwonen – daar gaat vrijwel al onze tijd inzitten. Een direct gevolg van deze beweging naar binnen is, dat er weinig of geen ruimte overblijft om maatschappelijk actief te zijn, en met mensen op de rand of buiten de kerk in gesprek te raken. Een tweede ontwikkeling die de afnemende betrokkenheid van gemeenteleden vergemakkelijkt, is het mechanisme dat predikanten proberen die gaten dicht te lopen die in de gemeente ontstaan. Het vergroot echter ook de passiviteit in de gemeente en de afhankelijkheid aan de predikant. Hierdoor kunnen gemeenteleden veranderen in ‘leunstoelgelovigen’. Ze wachten tot de juiste persoon op het juiste moment de juiste  dingen zegt of doet. Ongewild kan de predikant bijdragen aan passiviteit en lauwheid in de gemeente. Sterker nog: de predikant kan zelfs een sta-in-de-weg worden voor nieuwe ontwikkelingen in de gemeente, zoals te lezen is in dit artikel.

Werken aan een actieve geloofsbeleving

Wat moeten we dan – met de kerk en met de predikant? Wanneer de predikant minder binnenkerkelijk actief is, nodigt zij/hij daarmee de gemeente uit om zelf op een fundamenteel niveau aan de slag te gaan. Het uitgedaagd worden om zelf onder woorden te brengen wat heilig voor je is, wat de betekenis en waarde van geloof en geloofsgemeenschap is, nodigt uit tot groei. Wanneer gemeenteleden zelf de verantwoordelijkheid dragen voor de kernactiviteiten, kan ook de mentaliteit misschien veranderen. Een deel van de kerkgangers en deelnemers aan activiteiten is nu afwachtend.  Chargerend: zij willen vermaakt worden. Wanneer je zelf een actieve bijdrage levert, verandert je visie op de geloofsgemeenschap omdat je er actief bij betrokken bent geraakt.

Predikant missionair inzetten

Voor de predikant blijft er meer ruimte over om voluit missionair aanwezig te zijn. Enerzijds een ondersteunende rol naar de gemeente die graag op eigen benen wil staan, anderzijds een vrije rol om te zoeken naar mogelijkheden om met zoekers in gesprek te komen.  Terug naar het ontstaan van de christelijke kerk: levende gemeenschappen met predikanten die op de grens van kerk en wereld hun tenten opzetten.