Tag Archives: liefde

Week van gebed – om eenheid

20 jan

De Katholieke kerk, de Nederlands hervormde gemeente (PKN), de gereformeerde kerk (PKN), de NGKv en Leef! organiseren in Sliedrecht de Week van gebed van 18 tot 22 januari. Meekijken kan hier Hieronder het gebed dat uitgesproken is op dinsdag 19 januari.

Eeuwige, God van Licht en leven, we danken U dat ons leven met U is begonnen. Wij danken U dat U ons het eerst hebt liefgehad, voor alles uit. We danken U dat we in uw liefde op adem mogen komen. Dat we in uw licht ons geborgen mogen weten. Dat niet donkerte en angst ons in hun greep houden, maar wij omarmd worden door uw bewogenheid. Dat uw licht onze duisternis in zich opneemt, opdat wij léven. Hoop houden en uw liefde delen.

O Lord hear my prayer: https://www.youtube.com/watch?v=f51n-yb11dY

God vol liefde en verbondenheid, we danken U voor al die plekken waar eenheid groeit. Voor al die mensen die zich inzetten voor eenheid. We danken U voor kerkelijke eenheid, daar waar geloofsgemeenschappen elkaar vinden. We danken U voor deze week van gebed; voor de verbinding tussen de Nederlands gereformeerde kerk en de gereformeerde kerk vrijgemaakt. Dat deze verbinding ons allen mag inspireren om elkaar te zoeken en vast te houden. Maar we bidden U ook, God die U bekend hebt gemaakt als de Ene, om uw ontferming en om vergeving, omdat we onze eigen agenda volgen en niet uw roepstem om de eenheid te zoeken.

O Lord hear my prayer

God, die groter is dan ons hart, We bidden U voor de synagoge en bidden U om de liefde en de kracht op te staan tegen antisemitisme. We bidden U voor de moskee en bidden U of U ons de moed wilt geven om op te staan tegen moslimhaat. We bidden U voor de kerk wereldwijd dat we als beelddrager van U lichtdragers en hoopbrengers mogen zijn; dat we volhouden om te vertrouwen tegen al het wantrouwen in. Dat we volharden in de hoop tegen al het cynisme in. Dat we uit de levende bron liefde blijven schenken over dorstige grond van tekort en van haat. We bidden U voor onze medechristenen die vervolgd worden om het geloof.

O Lord hear my prayer

Liefdevolle Vader in de hemel, U die ons zoekt en aan elkaar schenkt. We danken U voor relaties en vriendschappen en bidden U voor relaties die onder druk staan: om uitzicht, om liefde en moed, om koppige trouw. Dat we verbondenheid en eenheid durven zoeken. Dat onze relaties oefenplaatsen mogen zijn van trouw, liefde en van recht. Voor verbroken relaties bidden we, voor verloren vriendschappen. We bidden om vergeving, waar we de liefde voor de ander hebben opgegeven; waar we de ander ontmenselijkt hebben; waar we ruimte geven aan minachting en haat; waar we wegkijken, onverschillig zijn; of alleen met onszelf bezig zijn

O Lord hear my prayer

God van recht en gerechtigheid, we bidden U voor ons land, voor onze wereld. Een wereld in nood, waarin zulke diepe afgronden tussen mensen zijn ontstaan. Om mensen die bruggen bouwen en de liefde hebben om de ander in de ogen te blijven kijken. Dat we niet meegaan in polariserende bewegingen, maar steeds weer opstaan in geloof, hoop en liefde. Zegen de zachte krachten; zegen ons dat we in ons eigen leven en met onze eigen mogelijkheden getuigen van de kracht van uw liefde.

O Lord hear my prayer

Kijk hier het Avondgebed terug

Love shine a light

26 dec

Meditatie voor de kerstsing-in op 20 december 2020

Er is iets geks aan de hand.Iedereen wordt blij van iets aardigs doen. Even tijd maken om een ander te helpen. Even iets delen. Het kopje soep voor de buren. Een kaartje. De buurvrouw naar het ziekenhuis rijden. We weten allemaal dat een klein gebaar van vriendelijkheid een verkild hart kan ontdooien. We weten allemaal dat als we iets delen van wat we hebben, dat dat niet alleen een ander zo kan opbeuren, maar dat je er ook zelf van opknapt.

Love shine a light.

We delen liefde uit in omzien naar elkaar,  in zorg voor de aarde en de dieren en zo ontsteken we het licht. Hoe eenvoudig kan het zijn? Maar nu is er dus iets geks aan de hand. Er is genoeg liefde om uit te delen, maar er blijft een onoplosbare eenzaamheid. Er is genoeg eten om te delen, maar een deel van de mensen leeft in overvloed, een ander deel in armoede. Er is een groot verlangen naar vrede, maar we kunnen oorlogen niet stoppen. We steken lichtjes aan, maar in sommige levens neemt de duisternis alleen maar toe.

We kunnen kijken naar de mensen die vastzitten in vluchtelingenkampen op de Griekse eilanden of op andere plekken langs de grens van Europa. Soms al jarenlang, zonder uitzicht, zonder hoop. Maar we hoeven niet eens de randen van Europa op te zoeken. Zitten de rafelranden ook niet in onszelf? We zien toch ook in ons eigen land, in onze eigen plaats, in onze eigen straat, in ons eigen leven, het tekort? De Bijbel heeft daar een woord voor: zonde. Dat is waar we aan onze bestemming voorbij leven. Waar we ons doel missen. Waar we tevergeefs leven. Waar we cynisch zijn geworden. Waar we onverschillig leven. Waar we ten koste van anderen leven.

Wat weerhoudt ons er toch van om onbekommerd lief te hebben en te delen? Om het licht te laten schijnen? Nelson Mandela zei al: niemand is geboren om te haten. We kunnen dus ook leren om lief te hebben. Waarom dan dat haten? In deze tijd van polarisatie en populisme is het aan de orde van de dag. Je moet voor jezelf zorgen. Je duwt anderen naar beneden om zelf beter voor de dag te komen. Op het schoolplein worden de posities bepaald. Love shine a light – dat mag zo zijn, maar pesten begint al op de basisschool en stopt niet in verzorgingshuizen.

Is het niet met name angst die ons de das om doet? Angst om tekort te komen? Angst om privileges te verliezen? Angst voor ..

En wat ook gewoon een gegeven is: misschien doe jij geweldig je best, maar raak je opgebrand.  Je kunt niet maar blijven geven als je ook niet ergens kunt bijtanken.

We herkennen het verlangen om te leven vanuit liefde, en tegelijkertijd lopen we ook aan tegen onze onmacht en onze weerstand. Dit is waarom Kerst zo belangrijk is. Wij kunnen niet onszelf uit het moeras omhoog trekken Wij kunnen niet zelf die krachten die onze wereld in een ijzeren greep houden doorbreken. Wij kunnen niet zelf onze zonden ongedaan maken.

Maar God, God is nooit opgehouden ons lief te hebben. God heeft vanaf het allereerste begin geroepen: er moet licht zijn En ook toen wij als mens een andere weg gingen, riep God ons terug in het licht. Uiteindelijk zond Hij zijn eigen zoon, gaf Hij zichzelf. Hij kwam op aarde kwetsbaar en weerloos. Hij gaf zichzelf omdat Hij gelooft in jou.

Omdat Hij jou liefheeft – daarom, daarom heeft het zin om lief te hebben. Om een licht te ontsteken, om te strijden voor recht en gerechtigheid, om je te bekommeren om je medemens – omdat God ons het eerst heeft liefgehad

Waarom zou je je bemoeien met iemand die gepest wordt – omdat God jou het eerst heeft liefgehad.

Waarom zou je je bekommeren om mensen die geen stem hebben – omdat God jou het eerst heeft lief gehad.

Waarom zou je je bekommeren om vluchtelingen in een ander land – omdat God jou het eerst heeft liefgehad.

Waarom zou je mild over jezelf denken, en zorgvuldig met je lichaam omgaan – omdat God jou het eerst heeft liefgehad.

Dat is het grote verhaal van Kerst. Wij zijn geen kaarsjes die langzaam maar zeker opbranden. Wij zijn olielampen gevuld met de liefde van God. Hij heeft ons liefgehad en daarom kunnen wij liefhebben. Dat licht, die aangename geur, die liefde mogen wij doorgeven. 

Love shine a light.

De kerst sing-in terugkijken? Dat kan hier

Zegen over samen

25 aug

Een zegen heeft te maken met iemand goede woorden toewensen die die ander opbouwen en kunnen bemoedigen. We weten dat woorden krachtig kunnen zijn. Negatieve woorden kunnen kwetsen en zich diep van binnen nestelen en zo je kijk op jezelf, anderen en de wereld mee gaan bepalen.

Zegenen is het tegenovergestelde van die negatieve woorden. Een zegen biedt rust, beschutting en richting.

Wat is het mooi om mensen die de liefde hebben gevonden en samen hun leven verder willen leiden, aan het begin van die relatie een zegen mee te geven – als ouders, als vrienden, als … Een zegen over de liefde, een zegen over samen:

Lieve … en …

Jullie hebben elkaar gevonden en jullie levens zijn meer en meer onlosmakelijk met elkaar verbonden geraakt. Nu willen jullie je levens delen in één huis, en jullie levensverhaal in gezamenlijkheid leven.

Moge jullie verbondenheid gezegend zijn

Dat jullie liefde voor elkaar zich verdiept en jullie elkaar op handen dragen

dat jullie liefde ruimte maakt waarin de ander kwetsbaar en krachtig mag zijn

waarin de ander tot rust komt

en meer en meer zichzelf durft te worden

Dat jullie trouw krachtig mag zijn

in tijden van stormen of windstilte

opdat jullie elkaar steeds opnieuw vinden

en jullie liefde aan diepte zal winnen

Dat jullie hoop

richting geeft

vertrouwen wekt

en houvast biedt

Dat jullie beschutting vinden in Gods liefde, rust in Zijn trouw en kracht in Zijn aanwezigheid

Moge jullie verbondenheid tot zegen zijn

zodat anderen in jullie huis op adem komen

en in jullie liefde en trouw

toekomst vol geborgenheid en standvastigheid

mogen openen

Een partijdige God – over Kaïn en Abel

23 feb

‘Elk mens telt’ – dat was het thema van de diaconale zondag in de gereformeerde kerk Sliedrecht (PKN). Het is een mooie gedachte, dat elke mens zou tellen. De werkelijkheid laat echter een ander beeld zien. Vraag maar eens aan een uitgeprocedeerde asielzoeker of elk mens telt. Of aan de vluchtelingen die vast zitten in Moria of in andere kampen langs de grenzen van Europa. Vraag het maar aan mensen die klem zitten in situaties van onrecht, of aan wie gebukt gaat onder schulden.

Wie macht heeft, populair is of geld heeft – die bepaalt. Het recht van de sterkste en daar zullen we het mee moeten doen. Toch? En daarmee zitten we midden in het verhaal van Kaïn en Abel. Dit Bijbelverhaal gaat over jou en mij. Een paar punten die in mijn beleving in het oog springen:

Het leven gaat door

Het eerste is dat het leven doorgaat. In Genesis 3 lezen we hoe Adam en Eva hun plek in de Hof van Eden verliezen. Het volgende hoofdstuk zet hoopvol in: Eva schenkt het leven aan twee kinderen. Zo wordt de belofte die zij in haar naam met zich mee droeg – moeder van alle levenden – vervuld.

Afbeeldingsresultaat voor esther veerman

Mama, Esther Veerman

Onthullende namen

Het tweede is dat de namen die de kinderen krijgen de weg die zij gaan al onthullen. In de naam ‘Kaïn’ klinkt iets door van ‘man’. Hij is de sterkte. hij valt op, hij gaat het maken. Hij is het mannetje. Abel, dat ‘damp’ of ‘nevel’ betekent, is ‘de broer van’. Kaïn eist alle aandacht op. Het leven lacht hem tegemoet. Met zijn energie, kracht en charisma ligt de wereld voor hem open.

De toekomst van Abel is heel wat minder zeker. Hij valt niet op, is haast onzichtbaar. Zijn naam vertelt over zijn kwetsbaarheid. Hij staat al op achterstand. Leven is hard werken.

Kaïn en Abel. Ze vertellen de geschiedenis van ons mensen. De wereld valt uiteen in tweeën: de krachtigen en de kwetsbaren.

Een selectieve God

Het derde is dat God selectief luistert. Zowel Kaïn als Abel brengen een offer aan God. Kaïn is niet een schurk. Hij verbindt zich aan God, geeft Hem de eerste opbrengst van zijn arbeid.  Toch slaat God op zijn offer geen acht. Of beter: God heeft nu allereerst en vooral aandacht voor Abel. Het is niet dat hij Kaïn afserveert, maar Hij brengt Abel in get licht. Het is een vingerwijzing, een roeping voor Kaïn. Let op: de orde wordt omgekeerd. Hij luistert als het ware even niet naar Kaïn, maar kiest er nadrukkelijk voor om ruimte te maken voor Abel, de kwetsbare. Kan dat zomaar? Een selectieve God? Het klinkt als oneerlijk. al gauw vinden we dat iedereen recht heeft op precies evenveel aandacht. Maar God maakt dus andere keuzes: zijn aandacht gaat allereerst uit naar die kwetsbare.

Verduisterd

Kaïn kan hier echter geen begrip voor opbrengen. Dat is het vierde punt. Kaïn wordt woest en zijn blik wordt donker. Zijn gezicht valt, staat er eigenlijk. Op het moment dat God vraagt aan Kaïn wat er is, kijkt hij weg, kijkt hij naar de aarde. Hij ontwijkt.

Kaïn wil dat geloof religie is en blijft: dat religie de bestaande opvattingen bevestigt. Maar Gods visie maakt ons verantwoordelijk voor de kwetsbare. Dat wil Kaïn niet. Zijn positie mag niet bevraagd worden. Zijn zonde is niet dat hij in een goede positie is en leiderschap toont, maar dat hij niet ten dienste van de kwetsbare wil leven.

Dat is de norm van Gods Koninkrijk, de kwetsbare is de maatstaf van Gods gerechtigheid. Kaïn en Abel hebben onze politieke leiders iets te vertellen, het verhaal heeft óns ook iets te vertellen.

Kaïn verbreekt de relatie. Daar waar in de zegen wordt uitgesproken dat God zijn aangezicht over ons verheft en zo de relatie bekrachtigd, daar slaat Kaïn zijn blik neer. Niet elke Kaïn zal zijn of haar Abel neerslaan. Maar hoe gemakkelijk maken we als Kaïns geen misbruik van anderen, ontnemen we de Abels om ons heen de ruimte om te leven. Door de woorden die we spreken en de dingen die we doen.

Een bewogen God

Het laatste dat me bij is gebleven, is de afloop. Kaïn wordt verantwoordelijk gehouden door God. Er is geen ruimte voor vergoelijken of bagatelliseren. Bij die schuld hoort ook straf. Tegelijkertijd blijft God hem als mens in de ogen kijken. Kaïn vreest opgejaagd wild te worden, en daarin wordt die sterke ineens de kwetsbare. God geeft hem een teken en belofte mee. God blijft de sprekende, de God van bewogenheid en gerechtigheid.

Het verhaal van Kaïn en Abel zet ons op het spoor van de noodzaak om selectief te leven: de kwetsbaren hebben de steun en bemoediging van de sterken nodig. In dat omzien en die zorg komt er ruimte voor het volle leven. Ook buiten de Hof van Eden.

Ach, de liefde …

26 mei

Op 26 mei 2018 waren Esther en ik 25 jaar getrouwd. Ik schreef toen deze ode aan de liefde, aan de liefste

IMG_20170927_082709

De liefde is

als het ruisen van de wind

in de toppen van de bomen

onhoorbaar dichtbij

een streling

die toekomst opent

leven verandert

De liefde is als het licht

omarmt en verwarmt

sterker dan de donkerste nacht

helderder dan de diepste diepte

krachtiger dan de dood

De liefde rolt de steen

van het verstilde hart

In de geborgenheid van jouw trouw

in de beschutting van jouw liefde

werd ik mens

en stond op

De liefde wekt verlangen

naar het goede leven

waarin ik jou

op handen draag

en jij mij

Kan het U niets schelen?!

20 jun

‘Kan het U niet schelen dat we vergaan?’ De discipelen van Jezus schreeuwen het uit (Marcus 4, 35 – 41). Kan het U niets schelen?! Ze hadden gedaan wat hen gevraagd was. ‘Vaar maar naar de overkant’ had Jezus gezegd. Ze hadden niet gemopperd en geen vragen gesteld, hoewel het al laat was en het op het meer behoorlijk kon spoken – zeker in de nacht. Tegen het vallen van de avond echter, waren ze het meer op gevaren. Jezus was moe van de afgelopen dagen en viel al snel in slaap. De discipelen – ervaren vissers – bepaalden hun koers, dempten hun stemmen, sloegen de lijnen aan en hesen het grootzeil. Image Storm

De storm kwam onverwachts. In volle hevigheid stuwde de hevige wind de golven hoog op. Voordat de discipelen goed en wel beseften, stond de boot al vol water. De vissers reageerden razendsnel. Met vereende krachten probeerden ze het schip recht op de wind te krijgen en het zeil te strijken. Ze waren echter kansloos. Het zeil scheurde en het roer kraakte vervaarlijk.  De plotseling opgestoken storm was gewoonweg te krachtig. Het schip dreigde te vergaan. De discipelen grepen zich vast aan het schip, maar dat was niets meer dan een speelbal in de wind. Geen houvast, geen grond onder de voeten. In doodsangst schreeuwden ze het uit. En die Jezus? Die ligt gewoon te slapen – een doodsslaap, ‘Kan het U niet schelen dat we vergaan?!’ Image   Kan het U niets schelen?

Die discipelen – we zitten met hen in het schip. Wat kun je overvallen worden door stormen in je leven, totaal onverwachts en onvoorbereid. Van het ene op het andere moment neemt je leven een wending waar je nooit voor gekozen hebt. Een ziekte die zich openbaart. Een geliefde die je los moet laten. Een toekomst die al in de dop wordt afgebroken. Een verlangen dat niet vervuld wordt. Wanneer je fouten hebt gemaakt en jezelf of anderen niet meer onder ogen durft te komen. Wanneer je door tekorten of gebeurtenissen je schaamt voor wie je bent. Wat kan het stormen in ons leven. Onze muren worden omvergeblazen, onze maskers kunnen we niet ophouden. In doodsangst staan we onbeschut en kwetsbaar in weer en wind. Waar vinden we houvast? Waar nog zekerheid? En God? In het midden van al het tumult, in de chaos van de storm lijkt Hij misschien de  grote afwezige. God waar bent U? Kan ons lot U niets schelen?

‘Dit is mijn lichaam’

De discipelen maken Jezus wakker. Eigenlijk staat er ‘ze wekken hem op’. Jezus staat op en bestraft de wind. Het klinkt als een vooruitwijzing naar Pasen. Het is Gods Zoon die de kwade machten overwint, die de kwade machten heeft overwonnen. Het is Jezus die onze lasten gedragen heeft, die aan het kruis verzoening heeft bewerkt tussen God en mens. Het is Christus in wie een nieuwe schepping is begonnen. Kan het U niets schelen? Ja, het kan God alles schelen. In de storm vergeten we dit ook weer gemakkelijk – en dat is op zich niet raar. Want wat kan het leven soms ongenadig op zijn kop worden gezet. Wat hebben we het nodig om herinnerd te worden aan Gods liefde, aan Gods bewogenheid. Het Avondmaal kan zo’n oase zijn. Het brood dat we breken is het lichaam van Christus. We zijn met Hem verbonden, Hij heeft ons bevrijd. Hij heeft ons opgezocht in de duisternis, in de angstige krochten van het bestaan en ons thuisgebracht. Wat kunnen we schreeuwen van angst en wanhoop als de storm tekeer gaat. In de storm klinkt het antwoord: ‘Dit is mijn lichaam – houd moed, Ik heb de wereld overwonnen’.

De regenboog – Noach vertelt

3 okt

(Bij mijn afscheid van de Protestantse Gemeente ‘t Harde mochten de kinderen hun lievelingsverhaal uit de Bijbel kiezen. Dit is de keuze van Rick, Joost, Juul en Ruben)

Beste Rick, Joost, Juul en Ruben, wat gaaf dat jullie het verhaal van Noach zo mooi vinden. Als Noach zijn verhaal vertelt, ben ik altijd een en al oor. Maar ja, Noach is dan ook mijn opa. Mijn naam is Tubal. Ik ben de kleinzoon van Noach. We zitten in de tent en kijken uit over de vallei. Het is maar goed dat we binnen zitten, want de regen valt met bakken uit de hemel. Bliksemschichten doorklieven de donkere lucht.

Mijn opa is stil. Ik zie hem peinzen. Met zijn handen ondersteunt hij zijn hoofd, terwijl hij naar de kleine stroompjes kijkt die naar beneden kolken en gaandeweg de helling veranderen in snelstromende beekjes. Noach kijkt omhoog, naar de lucht. Ik kijk naar zijn ogen. Naar zijn vriendelijke en rustige oogopslag, naar het vertrouwen dat zijn ogen uitstralen.

Noach staat op en stapt de regen in. Hij wenkt mij om naast hem te komen staan. Met zijn stok wijst hij naar het westen, waar de wolken openbreken. De zon breekt door en zonnestralen vallen de vallei binnen. De zon schijnt op de regen en een prachtige regenboog omspant het dal. Boven de heldere regenboog wordt nog een tweede boog zichtbaar.

dubbele regenboog

‘Mooi, he’ fluistert mijn opa. ‘Een dubbele regenboog!’ We staan samen in de regen. Mijn opa pakt mijn hand en hij opent zijn andere hand naar de hemel. ‘Dank U wel’, hoor ik Noach zeggen.

We stappen de tent weer in, onze haren nat van de regen. Ik kijk mijn opa vragend aan. Noach begint te vertellen.

‘Als ik de regenboog zie, denk ik aan God. Aan zijn zorg voor ons, aan zijn trouw en liefde. Je weet dat er een hele grote overstroming is geweest, he. God heeft mij van tevoren gewaarschuwd. Hij vertelde mij dat ik een hele grote boot moest bouwen, een ark. Het ging namelijk helemaal niet goed met de mensen en met de aarde. De mensen zorgden heel slecht voor de dieren en deden ook elkaar kwaad. Niemand was meer veilig.

God wilde voor zijn schepping zorgen en het kwaad stoppen. De boot die ik ging maken, moest zo groot worden dat van alle dieren er twee mee konden in de ark.

Ik was uitermate verbaasd. Waarom kwam God naar mij toe? Hoe kon ik ooit een zo grote boot bouwen? Hoe zouden die dieren in de ark komen? Ik liet de vragen maar en begon aan mijn opdracht. Jouw vader en ooms hielpen vaak mee. Sem, Cham en Jafet waren fijne zoons. De mensen in de omgeving verklaarden ons voor gek. Wie bouwt er nu een boot op het droge? En nog wel een zo grote boot?

We werkten weken, maanden en jaren aan de boot. Telkens waarschuwde ik de mensen die kwamen kijken voor wat komen ging. Niemand nam mij serieus.

Op een ochtend toen de zon nog maar net de eerste stralen op de boot liet vallen, die nog maar net klaar was, voelden we de aarde beven. We sprongen uit ons bed en keken naar buiten. Een grote stofwolk hing boven de vlakte. Door het stof heen zagen we silhouetten bewegen. Eerst konden we het niet zo goed zien, maar opeens zagen we wat die stofwolken veroorzaakten.

Dieren. Honderden dieren. Twee giraffen staken met hun lange nekken boven alles uit. Twee olifanten liepen voorop. Twee stokstaartjes renden rondjes om twee runderen. Allerlei soorten vogels vlogen tjilpend en kwetterend rond de gazelles en zebra’s. We keken onze ogen uit. Er kwamen allemaal mensen op het geluid af en met verbazing zagen we hoe de dieren vanzelf de ark inliepen.

Ondertussen begon het te regenen. Eerst sloegen we er geen acht op, maar het begon steeds harder te regenen. Het water kwam met bakken uit de lucht. Ik riep tegen mijn vrouw en mijn zonen en schoondochters dat ze snel hun spullen moesten pakken en in de boot moesten stappen.

Ik ging als laatste naar binnen. Ik kon nog net voorkomen dat een schildpad klem kwam te zitten tussen de deur.

We voelden de ark loskomen van de grond. Hij begon te drijven. Het bleef regenen. Alles stond onder water en wij dreven op de golven, in weer en wind. Het duurde lang. De regen hield wel 40 dagen aan. Maandenlang bleef het land overstroomd. Wat duurde het lang en wat was het moeilijk om niet moedeloos te worden.

Maar opeens voelden we de ark vastlopen. Het water was aan het zakken! Het werd droog en wij, wij mochten eindelijk naar buiten en de grond weer onder onze voeten voelen. Heerlijk! We dankten God op onze knieën.

Toen we omhoog keken, zagen we een regenboog. De helderste en mooiste die we ooit gezien hadden. Zulke mooie en hartverwarmende kleuren. God zei: “Dit is een teken van mijn liefde en trouw aan jullie en aan de hele schepping. Ik zal het nooit meer zo hard laten regenen, en ik zal altijd goed voor jullie zorgen”.’

‘Dus, Tubal’, besluit mijn opa, ‘als ik die regenboog zie, dan denk ik aan hoe God ons gered heeft. Dan herinner ik me hoeveel God van de schepping houdt. Dan weet ik dat God altijd trouw zal zijn.’

Opa wil nog meer vertellen. Maar het is inmiddels droog geworden. Ik roep ‘dag opa’ want ik wil nu eerst rennen.

Bang in het donker

30 apr

Er was eens een kleine mol die een groot probleem had. Hij was bang in het donker. Barend was de kleinste mol van het weiland, en kon ook niet zo goed graven. Hij hield ook helemaal niet van graven, want als hij met een nieuwe tunnel begon, werd hij altijd al heel snel bang. Want hoe dieper hij groef, hoe donkerder het werd.

Op een dag besloot Barend dat het genoeg was. Hij zou het aan zijn broers en zussen gaan vertellen, dat hij niet langer in gangen wilde rond schuifelen en in het donkere hol wilde wonen. Hij was wel bang wat zijn vader en moeder ervan zouden vinden, maar hij was banger voor het donker. Hij trok zijn stoute schoenen aan, en ging naar de eetkamer, waar de familie juist om de tafel was gaan zitten. Moeder diende net een prachtige worm op, met weidekruidensaus. Het lievelingseten van Barend.

Zodra hij binnen kwam, voelde iedereen dat er wat was. Met een zucht zei Barend:  “Ik wíl niet meer onder de grond wonen. Ik houd niet van het donker en ik ben bang. Ik pak mijn spulletjes en ga in de wei kijken.”

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

“Ach”, zei moeder en keek haar zoontje vriendelijk aan. “Ben je al die tijd al bang geweest?” Nog voordat Barend kon antwoorden, schoof vader Mol met een geïrriteerd gebaar zijn bord opzij en stond op. Hij keek zijn zoon aan en zei: “Opa was de beste graver van de hele weide. Nog steeds spreekt iedereen vol bewondering over hem. Ik wou dat je iets meer van hem had.” Hij draaide zich om en liep weg. “Nou dat helpt”, zei moeder. “Weet je, vader was vroeger ook vaak bang in het donker. Maar hij mocht er nooit over praten opa. Hij heeft zich altijd heel eenzaam gevoeld. Weet je wat, ik ga straks even met hem praten, en dan biedt hij zijn excuses wel aan.”

‘Is Barend clausrofi- claustrofro – he, hoe heet dat ook al weer?’ Vroeg Barends kleine zusje. “Claustrofobisch? Ben je bang voor de tunnels, Barend”. “Nee”, zei Barend, “nee, het is meer dat ik niet alleen durf te zijn. En juist in het donker voel ik me zo eenzaam.”

“Maar daar kunnen we je mee helpen”, zei moeder. “Weet je, je vader en ik houden heel veel van je. We willen niet dat je je zo eenzaam voelt. Verken de gangen maar, en vertrouw er maar op dat als je roept, dat we er direct aankomen. Je bent niet alleen.”  Barend haalde opgelucht adem. Het was fijn om zo te kunnen vertellen wat er in hem omging. Toch was hij er niet helemaal gerust op. Het was nog steeds donker in de tunnels. “Weet je wat”, zei moeder. “Je mag vandaag met Willie de vuurvlieg spelen in de grote zaal. Dan voel je je niet alleen, en is het ook lang zo donker niet meer.”