Tag Archives: slachtoffer

Het lied van Batseba

23 jan

Psalm 51 is Davids lied dat hij schreef nadat hij door Natan ter verantwoording werd geroepen vanwege het misbruik van Batseba en de moord op haar man (2 Samuel 11). Een psalm over spijt, inzicht en inkeer, over de roep om vergeving. Wat in het verhaal mist, is de stem van Batseba. Luister naar de stem van Barseba, als je over het berouw van David nadenkt. Luister eerst en steeds naar de stem van het slachtoffer.

Het lied van Batseba

Ik sla mijn ogen neer

En wacht

Ik kan niet opstaan. Niet meer.

Mijn tranen zijn mij tot brood

Heel de dag

De vreugde is uit mijn leven gevallen

De lichtjes in mijn ogen gedoofd.

De zon in mijn leven is weggegaan

Er is een steen voor mijn hart gewenteld

Ik ga gekleed in de zwaarte van schaamte

Heel mijn wezen huilt en schreeuwt

Maar er komt geen geluid over mijn lippen

God, mijn God

Hoe kan ik verder leven?

Hoe kan ik verder gaan?

Is er voor mij nog toekomst?

God, mijn God

Ik roep tot U

Help toch

Een recensie van ‘Ik sta erbuiten – maar ik sta wel te kijken’

5 jul

Recensie in Kerk en Theologie van Christiane van den Berg-Seiffert  Ik sta erbuiten – maar ik sta wel te kijken. De relationele dynamiek in geloofsgemeenschappen na seksuele grensoverschrijding in een pastorale relatie vanuit het perspectief van primaire slachtoffers, Boekencentrum Academic, Zoetermeer, 2015, 486 pp., ISBN: 9789023970378

Belangrijke bijdrage

Christiane van den Berg heeft met haar dissertatie een belangrijke bijdrage geleverd aan het gesprek over seksuele grensoverschrijdingen in pastorale relaties. De nauwgezette en uitvoerige verwoording van haar onderzoek geeft stem aan primaire slachtoffers. Een stem die binnen geloofsgemeenschappen vaak te weinig gehoord wordt. Van den Berg heeft17 slachtoffers gesproken over hun ervaringen. Een opvallende en pijnlijke conclusie is dat alle gesprekspartners hun plek in de geloofsgemeenschap hebben verloren. Ook in gemeenten waar de kerkenraad of (een deel van) de gemeente in eerste instantie alles in het werk stelden om recht te doen, bleek de positie van slachtoffers toch onhoudbaar. Het geeft aan hoe ingewikkeld de dynamiek in een geloofsgemeenschap kan zijn en hoe belangrijk het is om hier grip op te krijgen. De verhalen van de geïnterviewden laten zien dat vrijwel alle vrouwen pijn hebben opgelopen aan de geloofsgemeenschap. Het als noodgedwongen ervaren vertrek, voelt als een verlieservaring. De meeste vrouwen blijven de ontwikkelingen in de geloofsgemeenschap volgen, soms uit angst voor herhalingen, soms uit hoop op eerherstel. Ze zijn buiten de geloofsgemeenschap geraakt, maar blijven tot op zekere hoogte verbonden.

De eenzijdigheid van de term ‘slachtoffer’

Een belangrijke thema waar Van den Berg uitgebreid op ingaat, is of de term ‘slachtoffer’ de vrouwen voldoende recht doet. Allereerst benadrukt deze term de machteloosheid en hulpeloosheid van de betrokkene. Daarnaast geeft deze term te weinig ruimte om na te denken over de eigen verantwoordelijkheid. Tot slot kan door het gebruik van de term ‘slachtoffer’ een onuitgesproken lading meekomen die de betrokkene reduceert tot alleen deze rol. Een mens bestaat echter uit veel meer rollen (te denken valt aan gezinslid, buur, gemeentelid, etc.). Is er in de dynamiek in de gemeente ook ruimte voor die andere rollen?

Seksuele grensoverschrijdingen vragen om een heldere keuze. Christiane van den Berg plaatst deze handelingen in het discours van macht en niet in het romantische discours. Het betekent dat de grensoverschrijdende pastor ten koste van die ander zijn/haar eigen behoefte nastreeft. Dat is startpunt en uitgangspunt. Tegelijkertijd is er ook behoefte van degene die de grensoverschrijding heeft ondergaan om genuanceerder te kunnen spreken over de eigen rol en verantwoordelijkheden binnen de relatie. De discussie spitst zich niet toe op de eerste en uiteindelijke schuldvraag (die ligt bij de professional die de plicht heeft grenzen te bewaken), maar op de vraag waar vrouwen mogelijkheden hebben om de grip op hun leven terug te vinden.

Vandaar dat Van den Berg ervoor pleit om te spreken van situationeel slachtofferschap. In die bepaalde situatie met die specifieke omstandigheden is iemand slachtoffer geworden. Deze situatie kan wel op andere terreinen in haar/zijn leven doorwerken, maar definieert niet de identiteit van de persoon.

Contextuele benadering

Waar ik vragen bij heb, is de keuze om de thematiek van seksuele grensoverschrijdingen met behulp van de contextuele benadering uit te werken. Kenmerkend voor deze methode is de meervoudige partijdigheid. Enerzijds lijkt deze methode meer ruimte te bieden om de motieven en verantwoordelijkheden van de situationele slachtoffers te kunnen begrijpen, anderzijds vraagt onrecht om een heldere keuze. Juist door het beroep op meervoudige partijdigheid lijkt het toch al kwetsbare perspectief van het situationele slachtoffer verloren te gaan.

Kan een geloofsgemeenschap werkelijk helen wanneer het onrecht niet ten volle is hersteld en situationele slachtoffers of hun plek hervonden hebben of op een gezonde manier afscheid hebben moeten kunnen nemen? In die zin zou het perspectief van primaire slachtoffers meer invulling verdienen van gemeentebegeleiders.

Ondertussen in Nederland – over seksueel misbruik

28 aug

Afgelopen nacht kon ik niet slapen. Ik dacht aan de 1400 meisjes in Rotherham, Engeland, die in de afgelopen jaren geleden hebben onder stelselmatig seksueel misbruik. Gevangen in een verschrikkelijk web van seksueel misbruik.  Meisjes die worden uitgeleverd aan mannen. Bij het woord ‘uitgeleverd’ huiver ik. Wie leveren uit? Het zijn vaders, broers, moeders, vertrouwenspersonen – het zijn de mensen op wie het kind had moeten kunnen vertrouwen. Het zijn de mensen die de plicht, de roeping hadden om onvoorwaardelijk van het meisje te houden. Wat een diep verraad.

door Esther Veerman

door Esther Veerman

Rotherham

Afgelopen nacht lag ik wakker, en dacht aan de meisjes in Rotherham. Niet alleen werden en worden ze op een gruwelijke manier misbruikt, maar ook werden ze niet geloofd. Het niet geloofd worden – hoe verschrikkelijk moet dat zijn? Hoe diep wordt dan je eenzaamheid? Er was niemand die aan de bel trok. Velen waren op de hoogte of konden op de hoogte zijn geweest, maar er werd opzettelijk de andere kant uit gekeken. Een cultuur van ontkenning. In die cultuur kon het misbruik verschrikkelijke vormen aannemen.

Ook in Nederland

Vannacht kon ik de slaap niet vatten. Ik moest denken aan al die jongens, meisjes en volwassenen die op dit moment te maken hebben met misbruik. Elk jaar worden 62.000 kinderen voor de eerste keer slachtoffer van een vorm van seksueel geweld. Ik moest denken aan al die mensen die slachtoffer zijn geworden van seksueel misbruik en worstelen met de gevolgen. Ik moet denken aan de verstikkende eenzaamheid, omdat het zo zwaar en ongelofelijk angstig is om met je verhaal naar buiten te komen. Wat doet het met je, wanneer je niet geloofd wordt, wanneer je gezegd wordt te zwijgen, wanneer je ontdekt dat er een cultuur heerst van zwijgen, ontkennen en de andere kant opkijken.

Geen geïsoleerd probleem

We mogen niet langer onze ogen sluiten. Seksueel misbruik is niet een geïsoleerd probleem van een gestoorde gek of een zieke groep. Seksueel misbruik komt zo breed voor in de samenleving, dat het blijkbaar diep in onze cultuur is verankerd. Dat is het eerste waar we van doordrongen moeten raken. Misbruik komt in alle lagen van de bevolking voor, en in het overgrote deel van het misbruik is de dader een bekende van het slachtoffer. Het meeste misbruik vindt binnen onze eigen gezinnen plaats.

Cultuur van zwijgen

Waarom wordt er zo vaak en gemakkelijk in alle toonaarden gezwegen over misbruik? Dat daders zwijgen ligt voor de hand. Wanneer een situatie van misbruik uitkomt, valt de hele samenleving over de dader heen. De extreme verontwaardiging is geen meeleven met het slachtoffer, maar een ultieme manier om het kwaad te bezweren. De dader is het geïdentificeerde kwaad en moet worden uitgedreven. Er is geen ruimte om na te denken over het klimaat waarbinnen het misbruik kon ontstaan.

Slachtoffers zwijgen omdat ze vaak loyaal zijn aan de daders. Het zijn immers vaak bekenden. Kun je je broer, oom, vader of tante aangeven? Daarnaast gaat misbruik vaak gepaard met dreiging. Daders bedreigen of manipuleren slachtoffers, zodat ze veel moeten overwinnen om het verhaal naar buiten te durven brengen. Tot slot moeten slachtoffers ook de eigen schaamte overwinnen. Slachtoffers voelen zich vaak schuldig over het misbruik en schamen zich voor wat hen is aangedaan. Blaming the victim, ongeloof en onbegrip verergeren de schaamte.

De omstanders zwijgen omdat de verhalen van misbruik de idylle van veiligheid op het spel zetten. Gezinnen blijken niet zonder meer de hoeksteen van de samenleving te zijn. Sportverenigingen, kerkelijke gemeenschappen, instellingen, scholen en crèches blijken veel minder veilig dan gedacht. Ontkennen en de andere kant op kijken is een manier om de idylle in stand te houden. De nadruk om te vergeven of om het misbruik met de mantel der liefde te bedekken zijn middelen om het zwijgen in stand te houden. Het aanhoren en geloven van de verhalen van de slachtoffers vraagt om ingrijpen, om handelend optreden. Het vraagt om naar onze eigen houding en onze eigen rol te kijken. Luisteren naar het slachtoffer vraagt om betrokkenheid. Neutraal blijven speelt de dader in de kaart en houdt het klimaat waarbinnen het misbruik kan woekeren in stand

Het is tijd om wakker te liggen en op te staan.