Tussen landverrader en racist – over het belang van een debat

7 okt

Een kennis van ons komt uit Armenië. Hij vertelde wel eens over de verkeerschaos in Jerevan. Voorrang werd niet geregeld door regels, maar door wie de luidste claxon had en het eerst zijn auto voor de ander durfde zetten. Het beeld komt bij mij naar boven als ik de scherpe toon hoor op de inspraakavond in Purmerend, de intimidatie in Wezep en de boze reacties in Oranje. Het lijkt erop dat intimidatie voorrang krijgt boven argumentatie. Wie iets post over asielzoekers kan rekenen op harde reacties. Met ‘landverrader’, dombo’ en ‘plaat voor je hoofd’  kom ik er nog redelijk genadig van af.

Overigens is die scherpe veroordelende toon er ook van de andere kant. Mensen die hun zorgen uiten en vragen stellen bij de gastvrijheid van Nederland worden al snel weggezet als racisten.

Polarisatie

Het gevolg van de harde woorden en het ontzeggen van ruimte voor wie anders denkt, is een snelle en zorgwekkende polarisering. Hatelijke opmerkingen, onjuiste verdachtmakingen en angst drijven mensen uit elkaar en ontwrichten de samenleving. Waar behoefte aan is, is een échte dialoog. Om het met Pieter Klein te zeggen: ” Laten we in verzet komen, om te beginnen tegen onverdraagzaamheid, de onwellevendheid ook. Wat we nodig hebben, is moed om de ander te willen begrijpen, en de angst onder ogen te zien.” (hier het volledige artikel). Wat belangrijk is, is dat er ruimte komt voor nuance.

In navolging van de oproep van Pieter Klein wil ik hier enkele gedachten opschrijven over de crisis die is ontstaan rond de asielzoekers.

1. Het gaat om mensen

Het eerste wat in de huidige discussie lijkt te sneuvelen, is het besef dat het om mensen gaat. De mensen uit Syrië, Eritrea, Afghanistan of Irak hebben een geschiedenis, dragen verhalen met zich mee en zoeken hoop en toekomst. Ze hebben mensen lief en worden door anderen geliefd en gemist. Ze zijn niet gekomen om ons te ontwrichten, maar omdat ze op zoek zijn naar een menswaardig bestaan. Het zijn asielzoekers die rechten  hebben, waar wij als rechtstaat ons ook graag aan willen houden. In de procedure zal duidelijk worden wie vluchtelingen zijn en recht hebben op asiel en wie weer terug moeten. Maar het zijn mensen. Geen gelukszoekers, testosteronbommen, terroristen – maar mensen. Zoals jij en ik, verlangend naar rust en vrede.

2. Het aantal vluchtelingen is overweldigend

Nu is het wel zo dat het aantal vluchtelingen dat Europa binnenkomt overweldigend is. Het roept vragen op of Nederland over voldoende faciliteiten beschikt en in staat is om zoveel asielzoekers op te nemen. Daarnaast maken veel mensen zich zorgen of de culturele en religieuze verschillen tussen de asielzoekers en het Westen niet te groot zijn. Bij velen boezemt de Islam ook angst in. Tot slot maken veel mensen zich zorgen over wat het aantal asielzoekers betekent voor de beschikbaarheid van sociale huurwoningen en het beleid rond uitkeringen.

Nu valt er wel iets af te dingen op de berichtgeving over de onbeheersbaarheid van het aantal asielzoekers (hier vind je een artikel die de berichtgeving over de te verwachten asielzoekers nuanceert). In ieder geval is het goed om te bedenken dat in de jaren ’90 meer asielzoekers zijn binnengekomen in Nederland.

Wat nu pijnlijk zichtbaar wordt, is dat het beleid rond sociale huurwoningen van de afgelopen jaren gefaald heeft. De overheid heeft verkeerde keuzes gemaakt en niet geïnvesteerd in sociale woningbouw. Inmiddels wachten duizenden asielzoekers die vorig jaar of dit jaar een status hebben gekregen in AZC’s op een woning. Daarnaast heeft de regering de goede infrastructuur rond onderwijs en integratie wegbezuinigd. Er is bezuinigd op opvanglocaties, ondersteunende diensten en deskundigen. Hoewel al jaren geleden te verwachten was dat Syriërs in vluchtelingenkampen waar een gebrek is aan de eerste levensbehoeften, op enig moment naar Europa zouden komen, is daar nooit beleidsmatig op ingespeeld.

3. ‘de’ vluchteling bestaat niet

Inmiddels slaan we elkaar om de oren met allerlei karikaturen van de asielzoekers. Volgens sommigen is het een geweldige verrijking van onze cultuur, volgens anderen zijn het allemaal criminelen en verkrachters. Elke karikatuur is onzin. Er komen seculieren, moslims, christenen, hindoes etc. binnen. Alleenstaande asielzoekers en hele gezinnen. Elke asielzoeker heeft een eigen verhaal.

Waar ik mij tegen verzet is de stigmatisering van de asielzoekers: zij worden geframed als verkrachters. Als er een opvangkamp wordt geopend, wordt er geroepen dat vrouwen en meisjes niet meer over straat kunnen, omdat ze belaagd zullen worden door de asielzoekers. Mensen, ik heb schokkend nieuws: elk onderzoek naar seksueel misbruik toont aan dat in het overgrote deel van de gevallen de dader een bekende is. Onze kinderen, vrouwen en mannen lopen meer risico in de familiekring en in afhankelijkheidsrelaties dan op de straat naast een AZC. In alle organisaties komt misbruik voor (sportverenigingen, instellingen, geloofsgemeenschappen, therapeuten, artsen, etc.) Ja, inderdaad. Ook in AZC’s komt seksueel geweld voor. Soms komen er verhalen naar buiten van systematisch seksueel geweld, zoals in de AZC’s in Duitsland. Het is helder dat dit nooit getolereerd kan en mag worden. Het is echter net zo helder dat dan daarmee niet de hele groep mag worden weggezet als misbruikers.

4. Teveel getraumatiseerde mensen in een beperkte ruimte is vragen om moeilijkheden

De kans dat het in AZC’s tot ruzie, geweld en misbruik komt, is overigens groter dan gemiddeld. De meeste asielzoekers hebben te maken gehad met traumatische gebeurtenissen: de redenen om op de vlucht te slaan en de soms verschrikkelijke omstandigheden tijdens de reis. Veel getraumatiseerde mensen in een beperkte ruimte is vragen om problemen, zeker wanneer er ook culturele verschillen tussen de groepen in centra aanwezig zijn. Het betekent dat het verzet tegen grote opvanglocaties logisch is. Voor iedereen is kleinschaliger opvang beter en overzichtelijker: de asielzoekers krijgen meer rust en begeleiding. Voor omstanders is het minder overweldigend.

5. Vasthouden aan onze eigen identiteit

Persoonlijk ben ik van mening dat de Nederlandse identiteit wel tegen een stootje zou moeten kunnen. Een klein beetje vertrouwen in onze veerkracht zou fijn zijn. Onze identiteit is in de afgelopen decennia in rap tempo veranderd – en daar kwam geen buitenlander aan te pas. Massaal hebben wij de verzuilde maatschappij de rug toegekeerd. Verenigingen, sportclubs en geloofsgemeenschappen ervaren de veranderende Nederlandse cultuur aan den lijve. We verbinden ons niet meer zo graag aan instituten. Binnen 50 jaar is onze identiteit veranderd van een overwegend christelijke naar een post-christelijke identiteit.

Welke waarden willen we met elkaar uitdragen? Op welke peilers is onze samenleving gebouwd? In mijn beleving heeft onze Nederlandse identiteit te maken met gastvrijheid, solidariteit, bewogen om recht en gerechtigheid en handelsgeest. (Niet perse in die volgorde).

Daarnaast houd ik vast aan de christelijke waarden van naastenliefde, gerechtigheid en gastvrijheid, in het besef dat mijn geluk, mijn bezittingen en mijn thuisland ook maar aan mij geschonken zijn. Hoe zou ik mij daarop kunnen laten voorstaan? Dit is overigens beter verwoord door collega Wim de Bruin.

Deze waarden kieperen we overboord uit angst dat we onze identiteit verliezen als er teveel nieuwkomers binnenkomen. Zoals we nu met elkaar omgaan, is onze identiteit al vernietigd voordat de asielzoekers de kans hebben gekregen om de Nederlanders in de wijk te spreken.

Tijd voor leiding, debat en nuance

Mensen zijn bewogen met en betrokken op de buurt. Dat delen we met elkaar, of we nu voorstander of tegenstander zijn van opvang van asielzoekers. Een tegenstander is nog niet gelijk een racist, een voorstander niet direct een landverrader. Zijn we volwassen genoeg om met elkaar in debat te gaan? Niet elkaar intimideren, maar argumenten uitwisselen? Kunnen we voorbij onze eigen angst luisteren? Kunnen we het opbrengen om de ander echt te leren begrijpen. Het betekent dat we meer moeten luisteren en minder moeten praten.

Als je praat, herhaal je vaak wat je al weet. Als je luistert, leer je vaak iets nieuws (Dalai Lama)

 

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: